Hoofdmenu

Einde

Al sinds de aanleg van de tweede grote parkeerplaats in ons dorp, ergens eind vorig jaar, geeft het aanblik me een troosteloos beeld. Een enorm plein met zogenaamde grasstenen met vooraan een milieuparkje en aan alle kanten omgeven met gras. Hoog gras. In het begin dacht ik dat ik geduldig moest wachten; het zou vast nog wel mooier, strakker en netter worden. Maar dat beeld dat ik voor ogen had, bleef uit.

Heb je dat in bloei zien staan?

Dus nadat ik deze zomer een tas vol glaswerk had geleegd in de container op de parkeerplaats, nog eens om me heen keek en vaststelde dat ik voor mijn gevoel lang genoeg had afgewacht, besloot ik mijn mening te delen met onze dorpsraad. “Wat wil je dan precies”, kreeg ik als reactie. Dat wist ik zelf eigenlijk ook nog niet goed, maar in ieder geval een nette parkeerplaats met een strakke grasmat. Mijn mening werd gelukkig gedeeld door de leden van de dorpsraad en vorige week volgde een afspraak met de betreffende ambtenaar om samen te kijken naar de mogelijkheden. “Hier is wel iets misgegaan want er had vaker gemaaid moeten worden”, gaf de ambtenaar direct toe. Ik vertel hem dat ik de grasstenen niet mooi vind; daarmee oogt het nooit heel verzorgd. “Inderdaad”, zei hij. “Ik vind het zelf ook niet mooi maar deze waterpasserende stenen gaan we steeds meer gebruiken. Dan blijft het water niet op de parkeerplaats liggen, maar kan het direct de grond in.” Zo had ik het nog niet bekeken. “Op de plekken waar niet zo vaak auto’s geparkeerd staan, zie je dat het gras tussen de stenen hoger is. Dat wordt anders als we vaker maaien. En in dit veldje hebben we dit jaar een wildebloemenmengsel gezaaid. Heb je dat in bloei zien staan?” Het was me eerlijk gezegd niet opgevallen, zei ik hem, terwijl we ons een weg door het hoge gras banen. “We hebben in onze gemeente een grote hoeveelheid openbare ruimte maar zijn beperkt in onze middelen. Dit soort veldjes gaan we daarom steeds vaker inzaaien met een wildebloemenmengsel. Dat is goed voor de biodiversiteit, vergt minder onderhoud, en als je wil, dan loop je er doorheen en pluk je wat bloemen.” Het idee van een kleurrijk bloemenveldje stond me wel aan en zeker als dat meer insecten zou aantrekken. “Maar kunnen jullie die bomen dan snoeien en de grasstroken aan de zijkanten vaker maaien”, dring ik aan. “Om die boom groeit hulst. Dat is een ideale verstopplek voor vogels. We moeten even kijken wat we daaraan kunnen doen. En de grasstroken aan de zijkanten moeten inderdaad vaker worden gemaaid”, benadrukte hij terwijl hij de jonge plantjes van de beukenhaag inspecteerde.
Met een tevreden gevoel loop ik vervolgens huiswaarts hoewel er niet eens zo heel veel verandert. Maar de uitleg van de ambtenaar over het hoe en waarom is voor mij voldoende. Al betekent dat wel dat ik mijn beeld van de openbare ruimte moet bijstellen en er een einde komt aan een tijdperk straatklinkers, strakke grasmatten en keurig gesnoeide bomen.

Er zijn momenteel nog geen reacties op dit bericht.

Geef een antwoord

NIEUWSGIERIG NAAR WAT IK VOOR JOU KAN BETEKENEN?
Bel of mail gerust voor meer informatie via 06-154 453 41 of info@cbthuisintaal.nl